De witte halvemaanzweefvlieg (Scaeva dignota) heeft net zoals alle zweefvliegen een razendsnelle vleugelslag tot 300 slagen per seconde. Hierdoor kan de zweefvlieg zeer snel wegschieten, maar ook stil in de lucht blijven hangen. Ik vond er eentje op een pas uitgekomen korenbloem in mijn tuinlap (18/06/2020). De tekening op het achterlijf doet denken aan een wesp en is een efficiƫnte camouflage (mimicry) om vogels en andere predatoren uit de buurt te houden.
De gierzwaluw (Apus apus) lijkt op een zwaluw, maar is er geen. Hij is eerder verwant aan de kolibrie. De gierzwaluw weegt 43 gram en heeft een spanwijdte van 40 centimeter. Hij vliegt aan 120 kilometer per uur en slaapt, eet en paart al vliegend. De hersenhelften zijn gescheiden, waardoor hij afwisselend met de ene en daarna met de andere hersenhelft slaapt.
Wie meer wil weten over deze fascinerende vogel, kan het boek ‘De gierzwaluw’ lezen van de Nederlandse stadsbioloog Remco Daalder. Hij won er de Jan Wolkersprijs, Beste natuurboek van 2014, mee. Het boek is een prachtig huldebetoon aan de slechts begrepen vogel.
‘Eigenlijk gaat alles in het leven van de gierzwaluw snel. Als je hun geluid, het ijzingwekkend hoge geschreeuw, opneemt en vertraagd afspeelt blijkt het te zijn opgebouwd uit allerlei losse noten en vibraties. Gierzwaluwen kunnen die waarschijnlijk heel goed onderscheiden. Wij horen alleen gekrijs. Wij leven te langzaam om gierzwaluwen echt te kunnen begrijpen.’ (p. 31)
De foto’s zijn genomen op 13 juni 2020 in Turnhout.
20 mei. Mrs G herschikt voortdurend haar eieren. Zij en Aran hebben er 26 dagen afwisselend op gebroed.Mrs G is onrustig. Weldra komt het eerste ei uit.20 mei, 10.52 u. Het eerste kuiken is uitgekomen.Dit is het 45ste kuiken voor Mrs G en het 14de voor Aran.21 mei 2020. Aran zorgt voor de voedselbevoorrading.Aran en Mrs G bewaken nauwlettend het nest.Het eerste kuiken doet het prima.21 mei, 17.59 u. Het tweede kuiken zoekt een uitweg naar buiten.Mrs G houdt de wacht.Het tweede kuiken is net uit het ei. Het eerste wacht op voedsel.23 mei. De twee kuikens zijn hongerig.24 mei. Mrs G op het nest.24 mei, 12.52 u. Kuiken nummer drie is uit het ei gekropen. Mrs G verdedigt haar jongen tegen gevaar. Een zwarte kraai (rechtsboven op de uitstekende tak) heeft zin in een hapje. Af en toe vliegt Mrs G op om de kraai te verjagen.24 mei, 21.13 u. De drie jongen wachten op voedsel. Aran is nog steeds niet teruggekeerd met vis…
Het leven op het nest lijkt geen pretje. Mrs is onrustig en probeert haar jongen te beschermen tegen indringers. Ze wacht op voedsel van Aran, maar die keert niet terug. De jongen zijn hongerig. Ze heeft de laatste eierschalen verwijderd uit het nest en verwarmt de jongen onder haar veren en met stukjes mos.
De jongen van de visarend vliegen uit na gemiddeld 50 dagen en worden daarna nog 30 tot 60 dagen gevoederd. Het wordt dus uitkijken naar het uitvliegen van het eerste jong rond 9 juli. Je kan het uitzonderlijke leven van deze visarenden hier zelf blijven volgen.
Burgerwetenschap heet het beestje. Iedereen kan deelnemen. Je volgt satellieten, telt eendenkuikens, voorspelt regenval of vertrekt op safari naar Zuid-Afrika. Als je liever in je eigen tuin blijft, kan je deelnemen aan het project mijntuinlab. Je berekent je tuinscore en krijgt tips om de biodiversiteit in je tuin te vergroten. Zelfs wie een klein balkon heeft, kan het verschil maken. Meer info over allerhande citizen science projecten vind je op de website van EOS wetenschap, iedereenwetenschapper.be. Deelnemen aan mijntuinlab kan via deze link.
Alle begin is moeilijk. Ik herbouwde onze zandbak alvast tot een mini-biodiversiteitslaboratorium.